CDA/VVD en de Herkenbaarheid van Principes

.

CDA/VVD en de herkenbaarheid van principes.

Arie Oostlander, 28-08-2010.

 

De besprekingen over een nieuwe regering worden bedreigd door uitholling en verandering van begrippen. Het valt op dat het begrip ‘verdediging van de christelijke wortels van de Nederlandse cultuur’, zoals de PVV dat hanteert, niet slaat op een geloofsbeleving maar een machtspolitieke betekenis heeft. Het doet denken aan de hantering van dat begrip tijdens de Joegoslavische oorlogen van de jaren negentig. Als je toen met politieke en geestelijke leiders aldaar sprak dan viel het op dat de servisch-orthodoxe en de Kroatische katholieke kerken elkaar als rivaliserende machtsblokken beschouwden en niet als geloofsgemeenschappen waarmee je eventueel oecumenische verwantschap kon ervaren. Deze twee christelijke kerken beschouwden de Bosnische moslims als een derde bedreigend machtsblok. Het wekte in die streken dan ook nauwelijks verbazing dat de bisschop van Kreta aan de Bosnisch-servische leider Karadzic een herinneringsmedaille uitreikte als verdediger van het servisch-orthodoxe geloof. Het maakte kennelijk niets uit of de drager van die medaille zich aan misdrijven had schuldig gemaakt. Veeleer moest je het feit waarderen dat Karadzic een historische kans voor ‘zijn volk’ gegrepen had om eens en voorgoed van de dreiging van de islam af te komen.  Bij de PVV hebben we te doen met een niet gewelddadige vorm van dit soort machtsdenken. Met een normale geloofsbeving heeft dit niets te maken. Het Evangelie en de zondagse kerkdienst leren ons heel andere dingen.

Een ander begrip dat door de PVV uitgehold wordt is ‘godsdienstvrijheid’. Het behoort weliswaar in zijn oorspronkelijke, vrijwel door iedere politicus aanvaarde, betekenis tot ‘de grondtoon van ons volkskarakter’, maar daar heeft de PVV iets op gevonden. De religies waar deze partij tegen is noemen ze gewoon ‘gevaarlijke ideologie’. Een politieke partij kan dan vrijelijk maatregelen nemen.

Ook op het lastige Mensenrechten begrip heeft PVV-man Brinkman onlangs een foefje gevonden. De PVV wil meer Mensenrechten in het buitenlandse beleid maar dan andere dan die we in de diverse universeel onderschreven handvesten bedoelen. Zo kun je die universele rechten probleemloos schenden, je noemt dat gewoon ‘wijzigen en uitbreiden’.

De PVV is onlangs kennelijk in het hart getroffen door de stelling van de CDA partijvoorzitter Henk Bleker, dat de nieuwe regering voor alle burgers zal zijn. Dit is gewoon een onderstreping van het recht waarvoor immers allen gelijk zijn, en dus van de rechtsstaat. In de ogen van de PVV-leider is zo iemand een ‘zeurpiet die nodig op vakantie moet’.

 

De deelnemers aan de politiek weten waarover het gaat als ze spreken over:
- christelijke wortels;
- godsdienstvrijheid;
-respect voor de eigen (begrensde) bevoegdheden van kerken en
  burgerlijke overheden;
-macht als dienaar van het recht;
- de aard van het recht als geldig voor iedereen;
- de waarden van de rechtsstaat;
- de inhoud van de Mensenrechten (gelden die alleen voor mensen die je aardig vindt of mag dat niets uitmaken);  

Dat zijn allemaal steunpilaren van het gemeenschappelijke politieke platform maar die zijn nu blijkbaar in het geding. De PVV die zich door glibberige herinterpretaties van den domme houdt onttrekt zich aan het normale debat en is dus een heel ander soort politieke partij. Zo blijkt bijvoorbeeld steeds weer dat de PVV de problemen van Nederland te lijf wil gaan door schendingen van de Mensenrechten van minderheden. Dat is wat de PVV zo onderscheidt van gewone democratische partijen. 

Het is de grote verdienste van het huidige onderhandelingsproces dat dit nu glashard duidelijk wordt.  PVV-stemmers hebben dat vaak niet doorzien. Het wordt steeds duidelijker wat een formidabele fout het was om het CDA tot coalitievorming met de PVV te dwingen. Weg met de kreet ‘de kiezer heeft altijd gelijk en zeker de winnaar’. Bijbelser is de aanmaning ‘volg de meerderheid in het kwade niet’.  

We moeten straks beoordelen wat de onderhandelaars maken van de afgezwakte vorm van samenwerking ‘gedoogsteun’. Maxime Verhagen heeft toegezegd dat van de principes niets zal worden afgedaan. Dat zal in hun concrete gevolgen toetsbaar zijn. Zo zal een komend minderheidskabinet minstens enkele bewindslieden moeten omvatten die het multiculturele aspect van de deelnemende partijen en van de samenleving onderstrepen. Zeker in het CDA zijn zulke personen van gewicht wel te vinden. Een dubbele nationaliteit zal dan uitdrukkelijk geen bezwaar zijn. Zo kan voor de belangstellende en betrokken burger duidelijk zijn dat het CDA zich op het vlak van de principes inderdaad niets aantrekt van de PVV maar daarentegen een opvallende daad stelt die tevens een waarschuwing is tegen een partij die de christelijke wortels van de Nederlandse samenleving afhakt. 

Arie Oostlander,

Voormalig directeur WI  CDA.